Bereiding:  

1. Haal de bakplaat uit de oven en bekleedt deze met bakpapier.  
2. Verwarm de oven voor op 200 graden. 
3. Breng een pan met water en een beetje zout aan de kook. 
4. Boen de aardappelen schoon en snijd ze in blokjes van circa 2 centimeter. Kook ze circa 3 minuten, giet ze af en laat ze uitwasemen. 
5. Pel 4 teentjes knoflook en druk ze plat. 
6. Verdeel de aardappelblokjes, de knoflook en de rozemarijntakjes over de bakplaat.  
7. Besprenkel met olijfolie en peper en zout naar smaak.  
8. Bak het gerecht in de oven in circa 25 minuten goudbruin en krokant. Schep halverwege om. 
9. Snijd ondertussen de onderkant van de stronken witlof en verwijder de harde kern. 
10. Schil de oranje schil en het wit van de sinaasappels met een scherp mes en snijd de vruchtvlees parten uit de vliesjes. Vang het sap op in een kommetje. 
11. Verhit een droge koekenpan en rooster de walnoten 3 minuten. Laat afkoelen op een bord. 
12. Maak de dressing: doe 2 el witte wijnazijn en het sinaasappelsap in een kom en klop er met een garde 5 el extra vierge olijfolie doorheen. Breng op smaak met peper. 
13. Leg de witlof en de sinaasappel in een schaal, schenk de dressing erover en bestrooi met de walnoten. 
14. Verhit ondertussen de koekenpan met een scheutje olijfolie en bak de rundertartaar om en om circa 4 minuten. Breng op smaak met zout en versgemalen peper. Voeg op het laatst een klontje roomboter toe. 
15. Leg het tartaartje op een bord en dek af met aluminiumfolie. Laat dit 5 minuten rusten. 
16. Pel en snijd de rode uien in halve ringen. 
17. Bak de uienringen in het bakvet van het vlees. 
18. Verdeel de aardappelblokjes, de witlofsalade en de rundertartaar over de borden en schep de uienringen over het vlees. 

Eet smakelijk!